Veelgestelde vragen

en antwoorden

Vragen over Kuwi.org

Kuwi.org is een erkende non-profit organisatie gevestigd in Amsterdam.

We investeren altijd 80% van iedere euro rechtstreeks in klimaatprojecten. De overige 20% is gereserveerd voor de overhead kosten. Het geld dat overblijft binnen die 20% is bestemd voor onze continuïteitsreserve.

Voor meer informatie over onze financiële roadmap en doelstellingen kun je een kijkje nemen in onze jaarverslagen

Talloze studies tonen aan dat het ondersteunen van klimaatprojecten en het compenseren van CO₂ een grote rol spelen bij het omkeren van klimaatverandering.

Na de industrialisatie, is ontbossing de grootste oorzaak van klimaatverandering. Waar de industrialisatie het CO₂-niveau in onze atmosfeer heeft doen toenemen, vermindert ontbossing de opname van CO₂; de combinatie van deze twee factoren heeft het klimaat en ecosystemen wereldwijd ernstig beschadigd.

Gestart in 2017 zijn we nog steeds een kleine organisatie en slechts een klein onderdeel van de groeiende beweging van miljoenen mensen die zich zorgen maken over klimaatverandering. Wij geloven dat onze organisatie vooral mensen en bedrijven faciliteert die het verschil willen maken. Mensen zoals jij, en de bedrijven die ons helpen, hebben samen bijna een miljoen bomen geplant en meer dan 800.000 ton CO₂ afgevangen. Onze impact wordt gemeten door hoe we geld besteden en we zien het als onze kerntaak om dit zo efficiënt mogelijk te doen.

Voor wie dit leest verwachten we dat ze bovengemiddeld bezorgd zijn over hun voetafdruk. Helaas is dit voor veel mensen niet het geval. De gemiddelde CO₂-uitstoot per persoon verschilt enorm, van 2 ton per jaar voor de milieubewuste onder ons tot 30 ton voor de minst bewuste. Zo is de gemiddelde CO₂-uitstoot per persoon in Nederland (5,5 ton) drie keer lager dan in de VS met 15,5 ton per persoon.

Op basis de bovengenoemde feiten kunnen we stellen dat het planten van bomen slechts een deel van de oplossing is. Kleine aanpassingen in je leven kunnen een enorm verschil maken. Het is echt zo, een paar minuten minder douchen maakt een groot verschil, check ons artikel “kleine veranderingen met grote impact.

De collectieve impact waaraan jij bijdraagt is verifieerbaar via onze rapportage, en compliance-grootboek. We hanteren hoge normen voor onze aanplantpartners en nemen verantwoordelijkheid en toerekenbaarheid voor hun prestaties. We vragen om een uitgebreid projectplan via een overkoepelend sjabloon en we verzoeken regelmatige audits door derde. Wij nemen verantwoordelijkheid voor het gehele plantingsproject van opzet tot nazorg, ver in de toekomst. 

Om succes op lange termijn te garanderen, streven we ernaar om jaar in jaar uit met dezelfde organisaties samen te werken. Middels ons interne draaiboek o.b.v. ISO 9001 en  ISO 19011 houden we het team scherp op de valkuilen die komen kijken bij langetermijnrelaties en dragen we ook hierin verantwoordelijkheid op de lange termijn.

Voor CO₂-compensatie kopen we alleen credits die voldoen aan de toonaangevende CO₂-normen, namelijk de Gold Standard en Verified Carbon Standard. We hebben een open boekhouding en open kantoor beleid, dus bent je van de pers, een klant, leverancier of gewoon een nieuwsgierig individu, dan kun je altijd contact met ons opnemen voor compliance-gerelateerde vragen via finance@kuwi.org.

In Nederland bestaat slechts 11% van het land uit bossen. Deze 11% is volledig in handen van de overheid of natuurbeschermingsorganisaties. Gelukkig is het kleine bos dat nog over is goed beschermd.

Natuurlijk willen we meer bossen in Nederland. De overige 89% van de grond heeft echter al een wettelijk vastgelegde bestemming. Het grootste deel is landbouwgrond (54%). Kortom, om meer bossen in Nederland aan te planten, moeten we de overheid overtuigen om meer oppervlakte als bosareaal aan te wijzen.

Lees hier het volledige artikel over dit onderwerp, in dit artikel vind je ook de petitie om meer land toe te wijzen als bosgebied. Als je het met ons eens bent, teken dan vooral de petitie!

Vragen over bomen

Wellicht de belangrijkste vraag die om een ​​gedetailleerd antwoord vraagt. We nemen verantwoordelijkheid en ownership in onze selectie van plantpartners. De projectaanbestedingsfase is alleen toegankelijk voor gerenommeerde organisaties en we vereisen een goed geschreven, op maat gemaakt en uitgebreid plan om ervoor te zorgen dat de fondsen zo effectief mogelijk worden besteed. Nazorg vormt een belangrijk onderdeel van het plan voor partnerselectie.

Het is belangrijk om te begrijpen dat het niet altijd het doel is om bomen hun volledige levenscyclus te laten doorlopen. De meeste CO2 die bomen absorberen, wordt opgevangen in hun groeifase. Wanneer bepaalde soorten bomen in de laatste fase van hun levenscyclus zijn is het verstandig om zijn natuurlijke hulpbronnen te gebruiken. Denk hierbij aan duurzaam (Bijvoorbeeld FCS) hout voor meubelen of papier. Essensieel is hierbij de boom te vervangen. 

Het niet vervangen van bomen die zijn gebruikt voor hulpbronnen of het kappen van bomen die nog steeds productief zijn in termen van CO2-afvang of -levering van bosproducten, is de oorzaak van massale ontbossing; niet het fenomeen dat mensen hout gebruiken voor ambachten en constructie. Als je geïnteresseerd bent, lees dan hier ons volledige artikel over verantwoord bosbeheer.

OPMERKING: Het bovenstaande is alleen van toepassing op specifieke beplantingsprojecten zoals agroforestry. Dit geldt niet voor beplantingsprojecten met het oog op herstel van oerbossen en regenwouden, noch voor beplantingsprojecten die betrekking hebben op herstel van leefgebieden van dieren. Bij Kuwi vallen bijna alle projecten onder de laatstgenoemde omdat we vinden dat het herstel van de schade veroorzaakt door meer dan twee eeuwen industriële massale ontbossing prioriteit heeft.

De beste oplossingen voor duurzaam bosbeheer zijn:

  • Samenwerken met de (lokale) overheid om ervoor te zorgen dat de gewenste herbebossingsprojecten alle belanghebbenden ten goede komen. In de meeste gevallen wijst de overheid nationale parken en andere beschermde gebieden aan voor herbebossingsprojecten. Vooral in Azië hebben regeringen grote stappen gezet in het begrijpen van het catastrofale effect dat massale ontbossing had op hun ecosystemen. De nationale parken hebben vaak zeldzame en bedreigde soorten die de overheid graag voor altijd wil beschermen.

 

  • Samenwerken met de lokale gemeenschappen en lokale dorpelingen inhuren om de bomen te planten. Op deze manier is er een stimulans voor dorpelingen om hun werk te beschermen om de continuïteit voor toekomstige herbebossingsprojecten te waarborgen. We preferen deze aanpak omdat het mes aan twee kanten snijdt, het bestrijdt armoede en maakt projecten financieel haalbaar. We nemen ook verantwoordelijkheid en owenership bij het voorkomen van moderne slavernij, zoals te lezen is in onze verklaring tegen moderne slavernij.

 

  • Aanvulling op het bovengenoemde is onderwijs. We hebben gemerkt dat de lokale gemeenschappen floreren onder de werkgelegenheid en cohesie die het planten van bomen met zich meebrengt. Ze merken het effect van herstel van het ecosysteem; meer visserij, betere landbouw, schoner water en minder ongedierte. Wanneer de omstandigheden verbeteren, voelen ze ownership en enthousiasme om hun bos te beschermen.

 

  • Aanplant van agroforestry-soorten, d.w.z. fruit, bouw en veevoeder. Deze soorten vormen een terugkerende bron van inkomsten en voorzien in de behoeften van mens en dier in de lokale gemeenschappen. Zoals eerder belicht kunnen deze bomen wel benut worden voor grondstoffen indien ze worden vervangen.

 

  • Het verstrekken van alternatieve brandstofbronnen. Vooral in Afrikaanse landen is hout nog steeds de belangrijkste brandstofbron. Door zuinige droge houtkachels en andere alternatieve energiebronnen te leveren wordt de behoefte naar hout en houtskool verminderd of geëlimineerd.

 

  • Boswachters inhuren als onderdeel van hun personeelsbestand. Alle grotere plantpartners hebben die in dienst voor elk project.

Alle organisaties waarmee we samenwerken hebben een plan opgeleverd dat door ons is goedgekeurd en voldoet aan de eisen. Een daarvan is onafhankelijke en regelmatige audits, we volgen intern alle auditrapporten nauwlettend op.

 

Dit aspect is ook verwerkt in onze template voor projectaanbestedingen. De beplantingsprojecten die wij financieren worden gecontroleerd door derden. We bestuderen en beoordelen aan de hand van ons draaiboek. Stuur ons een e-mail als je een of meerdere van deze rapporten wilt ontvangen

Als je als particulier een boom hebt gekocht voor een plantproject in Europa, sturen we je de exacte locatie.

Jazeker, door de mens gemaakte homogene bossen dragen niet bij aan het herstel van ecosystemen en vallen niet onder verantwoorde herbebossing. Elk project dat we financieren begint met een analyse om de inheemse soorten van het bos in kaart te brengen en wat nodig is om een evenwichtig ecosysteem te herstellen. Projecten bevatten altijd tientallen soorten geplant over een meerjarenplan. Een uitzondering hierop zijn herbebossingsprojecten in noordse klimaten nabij het noordpoolgebied, in dit klimaat zijn monocultuurbossen natuurlijk. Denk hierbij aan de spar-rijke bossen in Scandinavie. 

Het hangt af van het proces. Sommige zaden, vooral de meest voorkomende, zijn gemakkelijker en goedkoper te verkrijgen. Bovendien moeten sommige zaden in een gecontroleerde omgeving worden bewaard, waardoor ze duurder worden. Dit gebeurt vaak in een speciale klimaatkamer.

Een ander aspect is hoe een boom geplant moet worden. Sommige sterke soorten kunnen worden geplant door letterlijk een zaadje in de grond te planten. Sommige kunnen zelfs met een drone worden geplant. Drone planten is tot 10 keer goedkoper dan met de hand, vooral in gebieden met hoge lonen.

Sommige soorten moeten als zaailingen worden geplant en vereisen meer werk vooraf. Veel soorten hebben zelfs stekken nodig die enkele maanden moeten worden verzorgd. 

Het laatste aspect is de benodigde nazorg en monitoring. In sommige gebieden kunnen de stekken bijvoorbeeld gevoelig zijn om door konijnen te worden opgegeten en moeten daarom worden beschermd met gaas. 

Sommige bomen zijn ook hard nodig, maar mogen niet de dominate soort in een ecosysteem worden. Dit betekend dat de planters dus veel langer bezig zijn om deze soorten op specifieke locaties te planten. Dit in tegenstelling tot de soort die dominat hoort in een ecosysteem; deze kunnen veel sneller worden aangeplant.

Tot op heden planten we vooral snelgroeiende soorten. Voor het afvangen van CO2 zijn deze soorten van vitaal belang om de wereld snel, efficiënt en impactvol te herbebossen. Aangezien de kosten een altijd beslissende factor zijn, streven we ernaar om de impact voor het budget dat we hebben te maximaliseren.

Kuwi is een vrij jonge organisatie (2017) maar we zijn meer dan een herbebossingsorganisatie. We hechten belang aan ecosystemen als geheel, dus het planten van een grotere verscheidenheid aan soorten is een van onze topprioriteiten. Hoe groter de variëteit aan bomen, hoe groter onze supply chain wordt, daarom moeten we in een gezond tempo naar ons doel toe werken om het welzijn en de continuïteit van onze organisatie te waarborgen. In de toekomst willen we meer projecten opstarten die specifiek gericht zijn op herstel van leefgebieden van dieren. 

Vooral het aanplanten van zeldzame en bedreigde soorten is niet eenvoudig. Het gaat om een ​​andere set van kennis en operaties. Deze bomen moeten vaak onder specifieke omstandigheden afzonderlijk binnen ecosystemen worden geplant. Dit maakt het tot 25 keer duurder dan het planten van snelgroeiende soorten.

Kortom, ook binnen deze projecten bestaat de 80-20 regel. Het gros is het relatief eenvoudig aanplanten van de dominate soort binnen het ecosysteem en daarna komt het complexe deel om het bos in zijn orginele staat te herstellen met het aanplanten van specifieke soorten. 

Hiervoor kijken we naar twee aspecten; het initiële overlevingspercentage en de reproductie van de overleefde bomen (natuurlijke regeneratie). De laatste varieert enorm per soort, omdat sommige als aseksueel worden beschouwd, terwijl andere zowel mannelijke als vrouwelijke bloemen kunnen hebben. Daarnaast zijn er klimaat- en natuurvariaties die de aanwezigheid van bestuivers zoals wind, insecten en vogels bepalen.

Het initiële overlevingspercentage is meer dan 80%. Verschillende studies hebben de combinatie van de initiële overlevingskans en natuurlijke regeneratie ergens tussen 150% en 500% beoordeeld, afhankelijk van de verscheidenheid aan genoemde factoren.

Kuwi is een vrij jonge organisatie (2017) maar we zijn meer dan een herbebossingsorganisatie. We hechten belang aan ecosystemen als geheel, dus het planten van een grotere verscheidenheid aan soorten is een van onze topprioriteiten. Hoe groter de variëteit aan bomen, hoe groter onze supply chain wordt, daarom moeten we in een gezond tempo naar ons doel toe werken om het welzijn en de continuïteit van onze organisatie te waarborgen. In de toekomst willen we meer projecten opstarten die specifiek gericht zijn op herstel van leefgebieden van dieren. 

Vooral het aanplanten van zeldzame en bedreigde soorten is niet eenvoudig. Het gaat om een ​​andere set van kennis en operaties. Deze bomen moeten vaak onder specifieke omstandigheden afzonderlijk binnen ecosystemen worden geplant. Dit maakt het tot 25 keer duurder dan het planten van snelgroeiende soorten.

Kortom, ook binnen deze projecten bestaat de 80-20 regel. Het gros is het relatief eenvoudig aanplanten van de dominate soort binnen het ecosysteem en daarna komt het complexe deel om het bos in zijn orginele staat te herstellen met het aanplanten van specifieke soorten. 

Dit verschilt enorm per soort. Per boom die wij planten kunt je dit terugvinden op de infopagina van de specifieke soort. Het is belangrijk om niet blindelings naar het getal te staren, aangezien ook andere factoren een rol spelen, zoals de natuurlijke regeneratiesnelheid (reproductiesnelheid van een boom).

Mangroven zijn bijvoorbeeld relatief goedkoop om te planten, planten zich snel voort en nemen in hun groeifase ongeveer 300 kg CO2 op. Aan de andere kant nemen sommige soorten 800 kg CO2 op in hun groeifase, maar de natuurlijke regeneratiesnelheid is veel lager en het planten is duurder.

Hoe dan ook, herbebossing is een van de beste instrumenten om koolstofvervuiling uit onze atmosfeer op te vangen. Bomen hebben geen elektriciteit of onderhoud nodig om te functioneren en bieden een breed scala aan extra voordelen, zoals fruit, schaduw en duurzame houtproducten zoals FSC-gecertificeerd papier en meubels. Herbebossing heeft ook geleid tot het voorkomen van uitsterven van meerdere diersoorten. Mede dankzij de Trees for Tigers-projecten zien we de tijgerpopulatie in India al meerdere jaren op rij toenemen (na decennia van achteruitgang).

Dit geldt vooral voor herbebossingsprojecten in Afrika, India en Zuid-Amerika. Het herstel van ecosystemen is in veel opzichten gunstig voor de inheemse bevolking. Geen project wordt geïnitieerd zonder de uitdrukkelijke toestemming van zowel de inheemse bevolking alsmede de (lokale) overheid.

Tot heden heeft geen enkele lokale gemeenschap een van de projecten geweigerd. Niet alleen omdat het werkgelegenheid oplevert, maar ook omdat ze een belangrijke stem krijgen in de vormgeving van het project. Het creëert een gevoel van ownership bij de lokale gemeenschap en zorgt ervoor dat ze profiteren van de resultaten van het project, zoals fruitoogst.

Kuwi is opgericht om te helpen in de strijd tegen klimaatverandering. Tijdens onze reis hebben we geleerd dat werkgelegenheid een belangrijk neveneffect is van herbebossing. De toegenomen populariteit van het compenseren van CO2 in het westen heeft ons ervan bewust gemaakt dat dit een geweldig neveneffect is. Een kans die de mogelijkheid biedt om de kwaliteit van leven onder ‘s-werelds kansarmste te verbeteren.

Deze verantwoordelijkheid nemen we zeer serieus bij het selecteren van onze plantpartners. Voor de grotere aanplantpartners worden humane arbeidsomstandigheden en een eerlijk loon gegarandeerd en gecontroleerd. We willen echter ook nieuwe en kleinere initiatieven financieren, vooral omdat nieuwe plantorganisaties vaak van binnenuit ontstaan ​​via micro-ondernemingen. Voor deze micro-ondernemingen zorgen we ervoor dat hun normen en waarden overeenkomen met de onze en we onderhouden nauw contact met hen om een ​​eerlijk loon voor werknemers en goede arbeidsomstandigheden te garanderen. Als je geïnteresseerd bent, kunt je in ons statement tegen moderne slavernij lezen hoe wij onze verantwoordelijkheid hierin nemen. 

Onder goede arbeidsomstandigheden vallen ongetwijfeld onder meer zorg, pensioen, jaarlijks verlof en doorbetaling bij ziekte. Aangezien het planten van bomen wordt beïnvloed door het weer, zorgen we ervoor dat werknemers een volledig maandelijks minimumloon krijgen, ongeacht het weer het planten toelaat. Wij vinden dat iedereen recht heeft op duurzaam, langdurig werk om zichzelf en het gezin te ontwikkelen en ontplooien. 

Onze aanplantpartners zien ook hoe hun missie voor herbebossing de lokale gemeenschappen kan helpen. Daarom evolueren ze vaak naar een combinatie van herbebossing en een organisatie voor armoedebestrijding. Zo heeft onze partner tist.org meer dan tienduizend planters in dienst. Voor velen is dit hun eerste betaalde baan en sommigen hebben zelfs illegaal hout gekapt uit de armoede. Tist.org helpt met onderwijs, preventie van hiv en heeft zelfs geholpen om scholen voor kinderen te financieren.

Dit alles wordt mogelijk gemaakt door de toegenomen populariteit van het planten van bomen om CO2 te compenseren in welvarende landen. Daarom bedanken we iedereen die deelneemt aan projecten, zoals het compenseren van vluchten door het planten van bomen, van harte. Er is veel meer voordeel dan alleen het afvangen van CO2 en bij Kuwi zijn we ons er terdege van bewust dat we een poortwachterrol spelen in deze opkomende industrie.

Via Kuwi.org steun je o.a. Eden Projects. Deze organisatie biedt eerlijk werk aan bijna 15.000 mensen in kansarme gebieden.  Afbeelding van edenprojects.org

Vragen over CO₂-compensatie

De prijzen van koolstofvermijdingskredieten worden beïnvloed door een groot aantal factoren.

In termen van de onderliggende kosten van CO₂ credits spelen een aantal factoren een rol:

  • Projecttype: sommige projecten (bijvoorbeeld natuurprojecten) zijn duurder in vergelijking met andere (bijvoorbeeld hernieuwbare energiebronnen).
  • Aangekocht volume: bij Kuwi.org kopen we routinematig veel credits in bulk, waardoor we de besparingen kunnen doorgeven aan onze zakelijke leden.
  • Vintage: de ‘vintage’ verwijst naar het jaar waarin de geverifieerde koolstofvermijding plaatsvond. Omdat CO₂-vermijdingsprojecten vele jaren lopen, worden niet alle credits elk jaar gekocht – dus kleinere volumes drijven rond op de markten en zijn vaak goedkoper om te kopen. Bij Kuwi.org verbinden we ons er over het algemeen toe om alleen credits te kopen met vintages van acht jaar of minder oud – omdat we ervoor willen zorgen dat de credits worden gemeten met behulp van de nieuwste methoden en technologieën.

Om hoogwaardige CO₂-credits te genereren, moet het project hieraan voldoen: 

Feitelijk: laat zien dat er echt bewijs is dat dit project emissies daadwerkelijk zal voorkomen of voorkomen.

Aanvullend: aantonen dat de vermeden uitstoot niet zou hebben plaatsgevonden zonder de CO₂-financiering.

Meetbaar: om een project te certificeren volgens een CO₂-standaard, moet de impact nauwkeurig meetbaar zijn.

Permanent: het project moet ervoor zorgen dat de emissies permanent worden vermeden om in de atmosfeer te komen.

Verifieerbaar: onafhankelijke derde partijen moeten in staat zijn om routinematig te verifiëren dat het project de vermelde emissievermijding haalt.

Minimaliseer lekkage: ‘lekkage’ verwijst naar onbedoelde negatieve gevolgen (zoals emissies) die elders worden veroorzaakt door de projectactiviteit. Projecten moeten lekkage tot een minimum beperken, maar vanwege rimpeleffecten kan de lekkage van emissies nooit tot nul worden teruggebracht (aangezien zelfs het produceren van een windturbine emissies veroorzaakt!). Lekkage kan ook verwijzen naar negatieve gevolgen op andere gebieden, zoals het genereren van negatieve effecten op lokale gemeenschappen; daarom zal een goed project dit risico ook verkleinen.

Normen zoals Gold Standard en de Verified Carbon Standard (VCS) onderzoeken projecten en hun kredieten op basis van deze factoren – en meer, zoals hun bijdragen aan de duurzame ontwikkelingsdoelen van de VN – op het moment dat de kredieten worden uitgegeven die de ontwikkelaar kan verkopen.

Daarom ondersteunen we projecten die aan deze normen voldoen, en voegen we ook onze eigen interne due diligence toe aan alle projecten.

Bij Kuwi.org ondersteunen we niet alleen kredieten die zijn uitgegeven volgens toonaangevende normen, en de interne due diligence die we besteden aan het vinden van hoogwaardige CO2-vermijdingsprojecten, maar gebruiken we ook platforms van derden zoals Sylvera om de projecten die we ondersteunen onder de loep te nemen.

Door partnerschappen als deze kunnen we de projectactiviteit nauwkeuriger bekijken, zoals welke baseline het gebruikte, hoe het additionaliteit aantoont en hoe het bijdraagt aan de lokale gemeenschap.

Hoewel we nooit alle risico’s van deze projecten kunnen verminderen, besteden we bij Kuwi.org de grootste zorg aan het beperken van zoveel mogelijk van deze risico’s om ervoor te zorgen dat onze klanten erop kunnen vertrouwen dat de kredieten die ze bij ons kopen, van zo hoog mogelijke kwaliteit zijn.

Staat je vraag er niet tussen?

email Linh@kuwi.org